Na met je werkgever een tijdskrediet te hebben afgesproken, moet je een uitkeringsaanvraag indienen bij de RVA. Je gebruikt daartoe het formulier C61. Dit kan je krijgen in de
ACV-dienstencentra of downloaden op de website van de
RVA. Jijzelf en je werkgever moeten het formulier invullen en ondertekenen. Daarna verstuur je het aangetekend naar het gewestelijk werkloosheidsbureau, ten vroegste zes maanden vóór de begindatum van het tijdkrediet en uiterlijk twee maanden na de begindatum. Als het tijdskrediet over verschillende jaren is gespreid, dient de uitkeringsaanvraag elk jaar hernieuwd.
Let op. Vanaf 1 januari 2015 is er nog enkel recht op een RVA-vergoeding bij tijdskrediet met motief. Bovendien wordt, over je hele loopbaan, maximum 4 jaar tijdskrediet vergoed. Alle voorgaande vergoede periodes tijdkrediet of loopbaanonderbreking (ook die van vóór 2015) worden in mindering gebracht. Het maakt geen verschil of dit tijdskrediet met of zonder motief was en of je dit voltijds, halftijds of in 1/5e loopbaanvermindering opnam. Uitzondering: er wordt geen rekening gehouden met de zogenaamde thematische verloven (ouderschapsverlof, verlof voor palliatieve zorgen of bijstand aan zwaar ziek persoon).
Overgangsmaatregelen
Deze beperkingen gelden in principe voor nieuwe aanvragen tijdkrediet vanaf 1 januari 2015. Uitzondering: Voor de ‘lopende’ aanvragen of aanvragen om ‘verlenging’ blijven de oude regels van toepassing.
Lopende aanvragen = aanvragen die gelijktijdig voldoen aan alle volgende voorwaarden:
- Het tijdskrediet gaat in voor 01.07.2015
- De schriftelijke aanvraag bij de werkgever gebeurde voor 01.01.2015
- De volledige aanvraag wordt bij de RVA ingediend voor 01.04.2015
Aanvraag om verlenging = aanvragen die gelijktijdig voldoen aan alle volgende voorwaarden:
- Een ononderbroken verlenging
- Onder dezelfde vorm
- Van een op 31.12.2014 lopende periode van onderbrekingsuitkeringen